Risan

Risan ontstond in de 4e eeuw v.C. als een Griekse kolonie. De veilige haven in de baai van Kotor is de oudste nederzetting in het gebied; zij diende voor de handel met de Illyrische bevolking.  Voor het midden van de 2e eeuw is de Illyrische Ballaios bekend als de heerser van Risan. Hij sloeg hier zijn eigen zilveren munten, terwijl uit de stad zelf alleen bronzen munten bekend zijn. Bij recente archeologische opgravingen is in Risan een grote muntvondst uit Ballaios' tijd opgegraven. Deze bevat meer dan 4000 munten met een totaalgewicht van 15 kg. Na de Tweede Romeins-Illyrische Oorlog kwam Risan, net als de hele oostelijke Adriatische kust, onder de invloed van Rome. Onder keizer Augustus werd Risan opgenomen in de provincie Dalmatië en kreeg het de status van een municipium. Het keizerlijke Risinium romaniseerde snel en wist zijn status als regionaal handelscentrum tot de 6e eeuw te handhaven. In de 6e eeuw wordt Risan vermeld als bisschopszetel (Risinium); aan het eind van dezelfde eeuw werd de stad echter verwoest en verlaten tijdens de invallen van de Avar en de Slaven. In de Middeleeuwen, van de 8e tot het midden van de 13e eeuw, behoorde het tot het Servische koninkrijk Travunia. Vanaf het midden van de 13e eeuw werd het geregeerd door de Servische dynastie van Vojinović of Altomanović. Nikola Altomanović veroverde uitgestrekte gebieden in west-centraal Servië voordat hij in 1373 werd verslagen door een gezamenlijke actie van de Bosnische prins en latere Servische koning Tvrtko I en de Servische prins Lazar Hrebeljanović, en zijn grondgebied werd verdeeld tussen de overwinnaars. Na 1370 behoorde Risan tot het Montenegrijnse vorstendom van de Servische Balšić dynastie. Na hun einde in 1421 werd de plaats Venetiaans. Aan het begin van de 16e eeuw slaagden de Ottomanen erin Risan in te nemen. De plaats was, samen met Herceg Novi, een van de twee Turkse bruggenhoofden aan de Baai van Kotor. Tijdens de Turkse oorlog van 1683 tot 1699 slaagden de Venetianen erin Risan in 1687 te veroveren. De Vrede van Karlowitz met de Hoge Porte bevestigde het bezit aan de Republiek Venetië. Na het einde van de Republiek van Sint Marcus wisselden Russische, Engelse en Franse bezettingen elkaar af in de Baai van Kotor. Door de bepalingen van het Congres van Wenen werden de baai en daarmee Risan een deel van de k.(u.)k. Monarchie. Sinds 1918 behoorde Risan tot Joegoslavië en in 1944 werd het een deel van de republiek Montenegro.

Het rustige stadje is een populaire toeristische bestemming, vooral vanwege de vele stranden. Risan is ook een vertrekpunt voor bergtochten naar het Orjengebergte, aangezien een goed aangelegde weg van hieruit naar de top van de pas (1.594 m) leidt.